Naar Afrika reizen heeft altijd iets speciaals. Deze keer begon het al in Zaventem. Met een uur vertraging de lucht in, om dan te moeten horen dat we door technische problemen niet verder zouden vliegen. Dit was het startsein van een non-stop 36u durende lijdensweg, waarbij het vliegtuig zijn volle tank moest “legen” door toertjes te vliegen boven West-Vlaanderen, zuiden van Nederland en noorden van Frankrijk. De tanks moesten zo goed als leeg zijn want een vliegtuig met volle tank mag niet landen.
’s Avonds dus weer geland in Zaventem, met een lange rij wachtenden van zo’n 300 reizigers waarvoor een overnachting in Brussel werd geregeld, want pas de volgende dag nieuwe vlucht. Het gevolg van dit onverwachte avontuur was wel dat we onze binnenlandse vlucht van Nairobi naar Kisumu hadden gemist, alsook onze overnachting in het hotel daar. Gelukkig had ik de ervaringsdeskundigen van de vzw Kitanda mee die de schade konden beperken. Het woordje “tjolen“ kwam hier zeker wel op zijn plaats.
Het warme welkom van de vriendelijke mensen in Kenia deden de miserie vlug vergeten en gelukkig hadden we de zondag om op adem te komen. Na 14 dagen meehelpen met vzw Kitanda in Kenia reisde ik door naar ons project in Oeganda. Ik moest dus opnieuw de grensovergang tussen Kenia en Oeganda nemen. Voor een tweede keer moet dit eenvoudig zijn, dacht ik, maar mijn Keniaanse chauffeur riep toch de hulp in van de plaatselijke pastoor en zijn zoon. Als blanke alleen de grensovergang nemen is volgens de “father” nogal gevaarlijk. Het krioelt er van mensen die jou voortdurend in de gaten houden terwijl je zelf van niets bewust bent. Velen worden er bestolen en niet enkel blanken.
De school in Oeganda die we ondersteunen breidt snel uit en huurt momenteel een naburig schoolgebouw bij, welke niet meer in gebruik was. In theorie en op papier staat dit gebouw dus leeg, maar als we ter plaatse aankwamen bleken verschillende ruimtes erin toch bewoond. De verantwoordelijke hiervoor nam al snel de benen toen wij arriveerden. De onrechtmatige bewoners liepen zenuwachtig rond en er ontstonden enkele heftige discussies. Uiteindelijk daagden de rechtmatige eigenaars van het gebouw op. In een vergadering van een groot uur werd gezamenlijk, na veel gebaren en meningen, een soort van uitzettingsbevel opgesteld. Dit papier moest door acht personen ondertekend worden, en de burgemeester moest er ook zijn officiële stempel op zetten. Tot nu toe hebben we de “beklaagde” niet meer terug gezien.
Gisteren kreeg het verhaal toch nog een vervolg toen bleek dat de vier koeien die er graasden ook van hem waren. Ze stonden al een hele poos vastgebonden aan enkele bomen; het onkruid in hun bereik opgegeten en zonder water. Niemand keek er naar om en niemand wist van wie ze waren. We hebben ze verplaatst naar andere bomen zodat ze weer eten hadden, en bij de buren zijn we water gaan halen. Toen we op onderzoek uitgingen naar andere dieren van onze ‘huisjesmelker’ ontdekten we naast de toiletten nog vier varkens in erbarmelijke omstandigheden. Daar er geen dak was, stonden ze in het water en eigen uitwerpselen te ploeteren, niet om aan te zien! We zijn groene struiken gaan plukken die de arme varkens direct verorberden. Voor al deze dieren zijn we op zoek naar mensen die ze willen overnemen.
Het bezoek van de rechtmatige eigenaars en hun uitzettingsbevel is niet onopgemerkt voorbij gegaan. Ondertussen zijn zo goed als alle mensen verdwenen uit de ruimtes die werden onrechtmatig werden onderverhuurd. De ruimtes zijn meestal niet groter dan 3 m2. De meeste bewonders lieten hun bezittingen achter, maar veel moet je je daar niet bij voorstellen. Een stuk mouse om op te slapen, enkel versleten potten en pannen. Op veel plaatsen zijn er gaten van ratten. De geur is dompig want ook in dezelfde ruimte wordt er hout gestookt om eten te maken. Een trieste aanblik van hoe mensen overleven. Dat de tam tam ook in de andere richting werkt, merkten we gisteren toen iemand kwam klagen dat de palen van de omheining achteraan 1,5m te ver naar achteren stonden. Om de lieve vrede te bewaren hebben we de pas geplaatste palen, zo een 50 stuks, dan maar verplaatst.
Ik weet dat mijn verhaal weer veel te lang wordt, maar als laatste wil ik meegeven dat de werken goed beginnen op te schieten. Het schilderwerk is voltooid, de palen in het gebouw om de twee grote ruimtes in klassen te splitsen staan er en de omheining met poort is zo goed als afgewerkt! En zo goed als alle vensters en gaten zijn voorzien van kippengaas zodat de vleermuizen niet meer binnen kunnen. Wat rest is het installeren van water, elektriciteit en de dakgoten.
Een lokale jongen die meehelpt verdient zowat 3,5 euro per dag, meestal gaat dit over 6 à 7 uur werken, soms maar 4u. Rond 14u beginnen ze hun potje “matoke” of rijst te koken op een houtvuur. Vanaf dan valt het werken op onze werf een beetje stil omdat de meesten zelf eten meebrengen en dus zelf klaarmaken.
Alvast een prettig Eindejaar gewenst vanuit het warme Oeganda!